Gedichten Analyse


Een bittere navel.

Onder de hoede van
bergwind en God
droogt de oogst in de ark van
Soajo, plooit
het water haar loop naar de
steen.

Uitzicht op zoveel verbond
klit ons
aaneen;het huis en het bed
staan gegrond op de rots.

Op het helwit ligt gitzwart
je schaduw gemorst. Je geurt
meer naar lichaam dan geest.

Onder het raam in een andere
hitte scheurt de haan éénmaal
de stilte aan rafels, klooit
de ram met de ooi.

Donker je haar en bitter je navel.

Schrijver: Hester Knibbe
Bron: http://demooistegedichten.wordpress.com/

In dit gedicht beschrijft hij de unieke
begraafplaats van Soajo. Zijn manier om het kerkhof te beschrijven is zeer symbolisch maar tegelijk ook illustratief.

"je geurt meer naar lichaam dan naar geest"

Jij die daar (hopelijk) dood ligt verlangt meer naar het verleden toen je nog uw eigen lichaam bezat dan naar de volgende stap. Hetzij een leven na de dood, hetzij een nieuw leven of leegte.

"Onder het raam in een andere hitte scheurt de haan éénmaal de stilte aan rafels"

Deze begraafplaats bevindt zich ergens in Portugal, een land waar het vaak warm is. Hester Knibbe maakt een verschil tussen deze hitte, en de hitte van... ja welke andere hitte is er eigenlijk? de hitte van een rusteloze ziel?  Dit gedicht bevat zich met het leven na de dood. Het bestaan wordt geïllustreerd als een parallel met de wereld van de doden, die op hun manier ons nooit verlaten.


De Waterlelie

Ik heb de witte water-lelie lief,
daar die zo blank is en zo stil haar kroon
uitplooit in 't licht.

Rijzend uit donker-koele vijvergrond,
heeft zij het licht gevonden en ontsloot

toen blij het gouden hart.

Nu rust zij peinzend op het watervlak
en wenst niet meer…

Uit 'Van de passieloze lelie' van Frederik van Eeden (1901)

Dit gedicht is geschreven door Frederik van Eeden en wil met dit gedicht zeggen dat de witte waterlelie gelijk staat aan schoonheid en zuivere liefde en dit is daarom ook een liefdesgedicht. In de eerste strofe prijst men de lelie zelf, nadien gaat men verder in op haar eigenschappen. Hiervoor wordt er gebruikt gemaakt van stafrijmen (witte waterlelie) en nog andere stijlfiguren. Nog een belangrijk kenmerk is dat er een personificatie van de bloem plaatsvindt. De bloem rust, denkt, wenst niets meer.


Water

ik draag boten over zee
ik golf ik schuim ik spat

vissen jaag ik door mij heen
zwemmers laat ik binnen

regendruppels springen op
spetters rimpels kringen

ik knaag gaten in een rots
vuur houdt mij niet tegen

dampig ben ik zacht en nat
of hard als ijs zwart en glad

ik schiet als hagel val als sneeuw
ik kabbel klots en klater

ik kaats van zon en maan het licht
en spiegel je gezicht - water

Uit: 'Hoe angst klinkt', 2012.

Dit gedicht somt alle eigenschappen van water op. Het gaat duidelijk over water. Of er een diepere betekenis is, weet ik niet. Ik vind ook dat niet elk gedicht een diepere betekenis moet hebben. Ik zou dit gedicht kunnen gebruiken om aan kleinere kinderen uit te leggen in welke vorm water kan voorkomen. Deze afbeelding heb ik gekozen, omdat in het gedicht de vers staat: Ik knaag gaten in een rots. Op de afbeelding zie je een golfbreker. Dit wordt gebruikt om het water van de zee af te remmen. Na een tijdje zal ook het water gaten in die rotsen geknaagd hebben. Deze vers blijft toch hangen om een af andere reden.

vriend


je hebt iemand nodig
stil en oprecht
die als het erop aan komt
voor je bidt of voor je vecht
pas als je iemand hebt
die met je lacht en met je grient
dan pas kun je zeggen:
'k heb een vriend

als je iemand hebt
die alles met je deelt
de tafel en het bed
één die nooit verveelt
als je iemand hebt
die al je zorgen heelt
weet je wat dat zeggen wil
weet je wat dat scheelt?

je hebt iemand nodig
stil en oprecht
die als het erop aan komt
voor je bidt of voor je vecht
pas als je iemand hebt
die met je lacht en met je grient
dan pas kun je zeggen:
'k heb een vriend

pas als je iemand hebt
die met je lacht en met je grient
dan pas mag je zeggen:
ik heb 'n vriend

Scrijver: Toon Herman
Bron: http://users.telenet.be/deversmaldevraag/vriendschapI_toon.htm
Toon Hermans probeert met zijn gedicht "Vriend" uit te drukken wat vriendschap eigenlijk inhoudten dat niet elke 'vriend' een echte vriend is. Het zijn mooie woorden die ook echt gaan leven wanneer ze overeenstemmen met eigen ervaringen. Wanneer die woorden je doen denken aan wat je zelf mocht meemaken. Hij zegt ook dat je enkel een 'echte' vriend hebt als deze er altijd voor je is of 'voor je vecht'.




Bedrogen

Je hebt me bedrogen,
Ik kan je niet vergeven.
Je hebt me voorgelogen,
Ik kan niet verder leven.

Ik blijf achter,

Waar jij mij verliet.
De pijn wordt niet zachter,
Ik heb veel verdriet.

Je wilt het goedmaken,
Maar weet niet hoe.
Je wilt me niet kwijtraken,
Maar komt niet naar me toe.

Mijn hoofd zit vol met jou,
Dit geeft alleen maar aan,
Hoeveel ik van je hou,
En dat ik je moeilijk kan laten gaan.


Ik heb zelf een afbeelding gemaakt. Ik heb een jong koppeltje gefotografeerd. Een jongen en een meisje. Ze lijken gelukkig maar dan zie je dat het meisje ook de hand van een andere jongen vast heeft. Ik heb bewust gekozen voor een meisje die haar vriend bedriegt. Want meestal als je aan bedriegen denkt, dan denk je aan de man die de vrouw bedriegt. Ik wil laten zien dat er ook veel vrouwen, mannen bedriegen. En dat mannen ook hartgebroken kunnen zijn.
De afbeelding past goed bij het gedicht want het is duidelijk dat het meisje hem bedriegt. En daar gaat het gedicht ook over. Over iemand die bedrogen is geweest. Die het vreselijk vind en nog steeds van de persoon houdt die hem of haar heeft bedrogen.

Dit gedicht heeft een gekruist rijm. (ABAB)

In interpreteer dit gedicht als iets dat even geleden is gebeurd en de persoon vertelt er nu over, hoe het nog altijd pijn doet.
In de eerste vers zegt de persoon wat er is gebeurd. Iemand is dus bedrogen geweest en kan eigenlijk niet voortleven. De persoon kan het niet vergeten en leeft een beetje in het verleden.
Dan in de tweede vers gaat het nog steeds over leven in het verleden, niet voort kunnen gaan, dat de pijn niet zachter word en dat er nog steeds veel verdriet is.
In de derde vers vertelt de persoon dat zijn of haar ex-geliefde het probeerde goed te maken, maar die wist niet hoe. De ex-geliefde is te beschaamd om naar de persoon te gaan en die proberen terug te winnen en ervoor te zorgen de persoon niet kwijt te raken.
In de laatste vers vertelt de persoon hoe hij of zij nog steeds zeer veel van de ex-geliefde houd. En dat het heel moeilijk is om het verleden los te laten.


bron gedicht:
http://www.1001gedichten.nl/gedichten/100240/bedrogen/
De auteur is niet gevonden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten